Project Portfoliomanagement (PPM) is een methode die helpt bij het (be)sturen van alle projecten in uw organisatie. PPM ondersteunt bij beslissingen, zodat de strategische relevantie van projecten, gelden en middelen optimaal worden ingezet. PPM is gekoppeld aan de strategische doelen of ambitie van de organisatie.
Project Portfolio Management in het kort
Project Portfolio Management is het gecentraliseerd managen van het project portfolio om te komen tot een optimaal project portfolio in lijn met strategische doelen van de organisatie.
Project Portfolio Management stelt een organisatie in staat:
- Een transparant overzicht te geven van de belangrijkste investeringen in projecten, de voortgang en de daarmee samenhangende onderlinge afhankelijkheden en risico’s;
- Betere strategie-executie te realiseren door het afstemmen van het project portfolio op strategische doelen en ambities van de organisatie
- Een efficiëntere toewijzing van middelen te maken met behulp van een gestructureerd proces van prioritering;
- Slecht presterende projecten te beëindigen en financiële middelen te herverdelen of te muteren naar andere posten.
Goed ingericht PPM zorgt voor samenhang, overzicht en bestuurbaarheid van complexe verandertrajecten waardoor strategische en maatschappelijke opgaven eerder worden bereikt. Daarbij gaat het om duidelijke processen, eigenaarschap, samenwerking, voortgangsbewaking en dashboards met scenario’s waarop kan worden gestuurd.
Het inrichten van PPM vereist goed zicht op en inzicht in de slaag-factoren en implementatieklemmen. Er zijn veel betrokkenen, gedrag en cultuur spelen een belangrijke rol en er is sprake van een nieuwe werkwijze.
Om PPM goed te laten functioneren is standaardiseren belangrijk, zodat analyses en rapportages helder zijn en worden opgesteld op basis van de juiste feiten. Pas dan wordt inzichtelijk of, wanneer en met welke kwaliteit en risico’s de strategische doelen van de organisatie worden gerealiseerd.
het Programmahuis heeft veel ervaring bij de richting en inrichting van PPM waarbij de organisatiecontext het vertrekpunt vormt is en na nadrukkelijk veel aandacht wordt besteedt aan de harde en zachte (kritische) succesfactoren. Vanuit een grondige organisatiediagnose (inzicht in waar de organisatie staat en waar de uitdagingen liggen) wordt gewerkt naar een optimale en succesvolle implementatie.